Ik vlieg de 11de naar Nederland, ticket op zak. Via Adri’s tante kunnen regelen voor een normale prijs. Jantje huilt, Jantje lacht. He meiden, we gaan elkaar wel zien, toch? In de Koe, wanneer? Heb je nog nooit live gezien Roycito.
Maand: augustus 2014
Terug in Sucre…
… na een busrit van 38 uur. Toch drie weken vast gezeten in Buenos Aires. Peet, mijn contact in Nederland, was op vakantie. Moest ’t tien dagen uitzingen. Daarna nog eens tien dagen vanwege, tja, luiheid van de Argentijnse exporteur. Was niet de vrolijkste tijd van mijn leven. Zei tegen Roxana dat ik tien dagen, ’twaalf hooguit’ onderweg zou zijn. Is dus een maand geworden. Argentinië is een een vrije val terecht gekomen. De peso is geen klap meer waard. Prijzen zijn als in Nederland. Zat drie weken in een of ander fuck-hotel, een beetje navel te staren. Geloof dat ik de gifbeker tot op de bodem moet leegdrinken. Laatste vier jaar sowieso niet de fijnste van mijn leven. Ga er vanuit dat de beloning navenant zal zijn. Denk dat ik acht maanden blijf, wellicht langer. Ga de mogelijkheid bekijken om met zijn allen naar Spanje te gaan. Negen jaar Latijns-Amerika – ik vind het genoeg. Meer dan genoeg. Paul, mijn uitgever, is bezig met de achterflap, dan gaat Man in het zadel naar de drukkerij. Schiet me lek, maar ik vind het prachtig geworden. Beter dan ooit verwacht. Hopelijk opent ’t deuren. Ik wil in ieder geval door met schrijven. Kijk nu naar tickets. Die zijn inmiddels drie keer zo duur dan een maand geleden. Enkeltje Santa Cruz – Madrid 1800 dollar. Enkeltje. De gifbeker. Neem uit voorzorg mijn metaaldetector mee, ongelogen. Kan ik op het strand mijn kostje bij elkaar scharrelen. Waar ik WEL vrolijk van word is de Guzzi, die me nooit in de steek laat, zoals jullie weten. En natuurlijk mijn Mannetjes. Tjonge, jonge, wat is dat leuk thuiskomen. Sebastian had gedroomd dat zijn ‘papi hem nooit in de steek laat.’ Geloof dat ’t nog niet tot ze doordringt dat ik vanaf komende dinsdag voor lange tijd uit hun leven verdwijn. In Buenos Aires, toen ik moederziel alleen door de straten van mijn wijk Moron slenterde keek is steeds om me heen, op zoek naar mijn Mannetjes. Heb ze altijd bij me, toen niet. Blijft een lastig verhaal. Foto’s van Buenos Aires heb ik niet. Vond het niet de moeite waard er een digitale foto aan te besteden. Armoedige shit, overvolle treinen en bussen. Mannen van mijn leeftijd die op straat chocolaatjes verkopen, bedelaars. Kommer en kwel. Enne, Roy, de prijzen van motorfietsen zijn echt buiten elke proportie. Bekijk deze link eens: http://moto.mercadolibre.com.ar/MLA-513562340-ducati-multistrada-1200-s-touring-_JM 10 pesos – 1 euro. Hoop rond 7 september in Nederland te zijn. Dus ja, tot snel.
Kleine toelichting bij de foto’s. Kerel naast me – weet ’t, zie er wat bescheten uit – is Adrian, een lokale motorgek die ik ken van Facebook. Kwam elke dag even langs om te kijken of ik me nog niet van het balkon was gesprongen. Geweldige gozer en nu een hermano. Foto’s van mijn Guzzi zijn genomen voor het fuck-hotel. Stond drie weken buiten, een wonder dat-ie niet is gejat. De nieuwe uitgave van Mijn Strijd, gewoon te koop op straat, gaat alweer zijn vijfde druk beleven. Voor de rest geloofde ik het echt wel in Buenos Aires.
Dromen, niet piekeren
Niet alleen ik had ’t naar mijn zin, tijdens mijn tripje, ook de motor, zoals je hebt kunnen horen in het voorgaande filmpje. Zes jaar lang nauwelijks gepresteerd en dan zo lopen. Ze lijkt op mij – er staan als het nodig is, of zoiets. Het verbaast me weer hoe weinig er toedoet als ik in het zadel zit. Thuis pieker ik me suf, hoe het nou moet mijn mijn Mannetjes, maar op de motor is mijn hoofd leeg. Ik kijk om me heen, vraag me af hoe de mensen leven, droom over een toekomst met mijn Mannetjes. Droom, niet pieker. Het lijkt me het beste dat we met zijn drieen gaan reizen. Bedoel, Sucre is Sucre maar, een behoorlijk kansloze stad op bijna drie kilometer hoogte in een nog kanslozer land. Onderweg kan ik ze van alles leren, zal dan ook hun leraar zijn, en ik kan ze onsterfelijk maken. De eerste Boliviaanse tweeling die op een Moto Guzzi richting Japan koerst. Dat doen weinig Boliviaanse tweelingen hen na. Bovendien lijkt ’t me een prachtige ervaring – ik heb ze de hele dag om me heen. Ben nu in Buenos Aires en vind het vreemd dat ik alleen over straat loop. Kortom, we lassen een zijspan aan de Guzzi, maken wat afspraken met bladen, hopen dat het boek enigszins verkoopt en we’re on our way. Een probleem – hun moeder. Zou ze het goed vinden? Of denkt ze werkelijk dat hun toekomst in Sucre ligt besloten? Hieronder een klein eerbetoon aan mijn Guzzi. Heb weinig foto’s gemaakt onderweg. In feite alleen van de Guzzi, want krijg geen genoeg van haar. Zit hier overigens nog steeds in Buenos Aires. Mijn contactpersoon is op vakantie. Komende maandag zit hij weer op zijn post en kan ik naar huis.